Een muts breien, workshop deel 1

In de winkel kan ik op dit moment geen workshop geven. Via deze blog-serie brei jij zelf een muts in het rond op rondbreinaalden vanaf een Engelstalig patroon. De workshop bestaat totaal uit drie delen:

  • Deel 1: proeflapje, maat bepalen en in het rond breien
  • Deel 2: het patroon (de ribbelsteek) breien in het rond
  • Deel 3: minderen en breien met de magic loop methode
  • Bonus: wassen en opspannen van de muts

Wat heb je nodig?

  • rondbreinaald 40cm van 3mm en 3,5mm, rondbreinaald 80cm van 3,5mm. Je kan er ook voor kiezen om verwisselbare breipunten te  kopen van 3mm en 3,5mm en twee kabels: een van 40cm en een van 80cm
    • In het patroon staat een rondbreinaald van 2,75mm aangegeven. Ik gebruik deze niet, omdat deze er niet is als verwisselbare breipunt. Deze maat gebruik je alleen voor de boord en dan is 3mm ook geschikt.
  • Steekmarkeerders. Rondjes zijn het gemakkelijkste, deze zitten tijdens het breien niet in de weg, of je maakt een lusje van een restje garen.
  • Een meetlint (met inch is handig)
  • Schaar en stopnaald
  • Wol: elk sokkengaren met 210m per 50 gram, voor naald 2,5-3mm is geschikt. Je hebt voor de grootste maat 230 meter en voor de andere maten 200 meter of minder nodig.
    • Ook leuk: gebruik allerlei restjes sokkengaren voor een gestreepte muts.
  • Het patroon: Barley Light van Tin Can Knits. Deze is hier gratis te downloaden.

Maat bepalen voor de muts

Sizing betekent de maat. Het patroon is gemaakt voor een baby (16"), peuter (17,5"), kind (19"), volwassene mt s/m (21") en volwassene maat l (23"). Alle maten staan in inch (") aangegeven, 1 inch = 2,54cm. Om niet alles om te hoeven rekenen, is het handig om een meetlint te gebruiken met inch.

Mijn hoofd is 21,5" en ik houd de maat aan van 21" voor de volwassene s/m

Gauge is de stekenverhouding. Voor de muts is het belangrijk dat je een proeflapje maakt met de 3,5mm breinaald voor de tricotsteek (stockinette): 26 steken is 10cm.  Mijn proeflapje kwam precies uit, dus ik kon het patroon volgen.

Heb je meer steken per 10cm? Brei de boord dan met naald 3,25mm en de muts met 3,75mm

Heb je minder steken per 10cm? Brei de boord dan met 2,75mm en de muts met 3,25mm


Als je de maat hebt bepaald voor de maat muts die je gaat breien en jouw proeflapje klopt zoals aangegeven, ga je de steken opzetten volgens het patroon. Het patroon (pattern) begint op pagina 3.

Maak de kleinste naalden (3mm) aan de kabel (40cm) vast en zet 96 (102, 114, 120, 126) steken op. Verdeel de steken netjes over de naalden en de kabel en zorg dat de steken niet gedraaid zitten. (zie foto 1) De werkdraad (die naar de bol gaat) zit aan de rechter naald.

Plaats een steekmarkeerder en brei de eerste steek recht (zie foto 2). Maak nu een boord door herhalend een steek recht (knit of k1) een een steek averecht te breien (purl of p1). Let op: de eerste steek heb je al recht gebreid bij het verbinden!

Brei de boord tot een hoogte van 0,75 - 1 - 1 - 1,25 - 1,5 inch


Na het breien van de boord, wissel je de naalden. Schuif daarvoor het breiwerk op de kabel en verwissel een voor een de breinaald naar de grotere maat. Let op dat je de steken en de steekmarkeerder niet verliest.

 

In deel 2 van deze workshop ga je aan de slag met het ribbelpatroon


De grijze muts heb ik voor mijn schoonvader en mijn man gebreid met een dubbele boord en zonder het ribbelpatroon. Ik gebruikte de Lungauer Sokkenwol met zijde.

De grijs met groen/gele muts is een muts voor mijzelf en ik gebruikte sockmini's welke ik kocht in Berlijn in 2019.